De laatste boerderij van Den Haag staat onder grote druk, omdat de gemeente, die eigenaar is van de grond, een aantal weilanden na decennia plotsklaps wil teruggeven aan de natuur. „Het voelt alsof het mes mij op de keel wordt gezet”, zegt boer Marcel Kleijweg (56) van Boerderij Clingendael, die bijval krijgt van de Haagse VVD, het CDA en Hart voor Den Haag.
De partijen hebben gezamenlijk schriftelijke vragen gesteld, die je hieronder kunt lezen. De Telegraaf schreef er een artikel over. Het Telegraaf-artikel vind je hier.
Over de situatie
Meer dan 400 jaar geleden werd al geschreven over de boerenhoeve in Clingendael. Ondanks de oprukkende stad en wisselende eigenaren, bleef op deze plek een boerenhoeve functioneren. Sinds 1954 is de gemeente Den Haag eigenaar van het landgoed. In 2003 werd het gehele landgoed Clingendael aangewezen als Rijksmonument.
Inmiddels wordt de boerderij sinds begin jaren ‘80, al meer dan 40 jaar, uitgebaat door de huidige gebruiker. De agrarische gronden zijn door de gemeente gedeeltelijk in pacht uitgegeven en gedeeltelijk in bruikleen. Het boerenbedrijf, middenin de stad, is een geliefde plek van buurtbewoners en voor de vele bezoekers van Clingendael. Kalfjes en lammetjes trekken iedere lente veel bekijks en mensen kopen er eieren. Het vee wordt gerouleerd over verschillende weilanden, gedeeltelijk op het landgoed Clingendael en gedeeltelijk op andere weilanden in Den Haag.
Het voortbestaan van de boerenfunctie van de Clingendael-boerderij komt onder druk te staan door voorgenomen handelen van de gemeente. Het college wil de delen van de agrarische weilanden die in bruikleen zijn gegeven de agrarische functie ontzeggen.De gemeente weigert daarbij in gesprek te gaan over voorwaarden, zoals agrarisch natuurbeheer.
RIS323030 Behoud boerderij Clingendael